Ken Olsen
In zijn jeugd had hij al veel belangstelling voor de elektronica en repareerde radios voor vrienden en kennissen. In 1946 ging hij naar de MIT waar hij in 1952 de titel van Ingenieur verwierf.
Hij werd aangesteld bij de MIT en werkte mee aan de ontwikkeling van een experimentele computer die met transistoren moets werken.
In 1957 richtte hij, met 70.000 dollar venture capital, samen met een vriend en ex-collega van de MIT het computerbedrijf Digital Equipment Corporation op.
Ook bekend als DEC maar net zo goed als digital.
Geïnspireerd door het werk aan de MIT lukt het hem uiteindelijk om eind 1960 begin 1961 de PDP-1 op de markt te brengen.PDP staat voor Programmed Data Processor. Der PDP-1 koste 120.000 dollar. Er werden enkele tientallen van verkocht. Een van de eerste exemplaren deed Ken Olsen cadeau aan de MIT. Een opmerkelijke feit was dat op de PDP-1 een beeldscherm aangesloten kon worden. Op het beeldscherm konden punten in een matrix van 512 bij 512 getekend worden. Met dit verschijnsel gingen de studenten van de MIT aan de slag en programmeerden het eerste computerspelletje,spaceware. Het eerste computerspel of videospel was een feit.
In de jaren 1970 was de PDP-11 de meeste populaire minicomputer. Digital ontwierp ook de RISC processor de Alpha. Ken Olsen dacht er echter niet aan om de processor in Microcomputers in te zetten. Microcomputers, homecomputers of Personal Computers zag hij als speelgoed. Het is ook een van zijn uitspraken, dat het totaal onnuttig is om een computer thuis te hebben. Ken Olsen negeert de tekenen der tijd en blijft heilig in zijn eigen idee van de minicomputer golven. De resultaten gaan achteruit en in 1998 koop de firma COMPAQ het bedrijf voor 9,6 miljard dollar op.